Corona maatregelen vanaf 1 september 2021
Vanaf 1 september vervallen alle coronamaatregelen bij het sporten en bij de organisatie van sportactiviteiten volledig. Er blijven alleen nog enkele controlerende maatregelen voor publiek en voor beheerders van sportinfrastructuur over. We sommen ze hier voor je op.
Publiek
- Er zijn geen beperkende maatregelen indien het publiek indoor onder de 200 personen en outdoor onder de 400 personen blijft (vanaf 1 oktober wordt dit indoor 500 en outdoor 750 personen).
- Bij meer publiek heb je als organisator twee opties:
- Je werkt zonder Covid Safe Ticket
- Beperkende maatregelen zoals social distance, mondmasker en handhygiëne blijven behouden.
- Het mondmasker mag tijdelijk afgezet worden als je op een vaste plaats zit of om te eten of te drinken.
- Je moet goedkeuring vragen aan je lokaal bestuur: je vult een CERM-scan in en indien indoor ook een CIRM-scan
- Het maximum toegelaten publiek is beperkt tot 3.000 personen indoor (of 100% van CIRM-capaciteit indien dit lager is dan 3.000) of 5.000 personen outdoor
- Via een CIRM-scan kan je van deze maximum aantallen afwijken indien je je publiek in compartimenten tot max. 30% van de tribunecapaciteit kan laten plaatsnemen.
- Je werkt met een Covid Safe Ticket (voor iedere bezoeker)
- Voor deze ‘massa-evenementen’ heb je de toestemming van je lokale bestuur nodig
- Je hoeft geen beperkende maatregelen op te leggen
- Het publiek is beperkt tot maximum 75.000 personen
- Kinderen tot 12 jaar moeten net zoals voor de toepassing van het Digital Covid Certificate, ook voor het Covid Safe Ticket niet getest worden.
- Je bent als organisator NIET verplicht de testmogelijkheid aan de ingang van het evenement aan te bieden.
- Je werkt zonder Covid Safe Ticket
Bij het sporten in indoor sportinfrastructuur ben je verplicht enkele maatregelen omtrent ventilatie op te volgen.
- Je moet over een eigen actieplan inzake ventilatie en monitoring van de luchtkwaliteit beschikken. Bij de opmaak hiervan gebruik je het generieke implementatieplan ventilatie als leidraad.
-
Volgens het federale MB moet je in alle sportruimtes en in de kleedkamers verplicht CO2-meters plaatsen
- Deze CO2-meters moet je op een voor de bezoeker zichtbare plaats ophangen, maar niet naast open ramen of deuren en niet naast de uitgang van de ventilatie.
- De CO2 meter moet je instellen op een waarschuwingsniveau van 900 ppm. Indien deze drempel wordt overschreden, moet je bijkomende beheersmaatregelen nemen op basis van het hogervermelde actieplan.
- Het federale MB verplicht uitbaters van fitnesscentra om een bijkomend alarmniveau in te stellen van 1200 ppm. Indien dit alarmniveau wordt overschreden, moet je je infrastructuur tijdelijk sluiten tot het CO2 niveau onder de 900 ppm is gedaald.
- Bijkomende tips over ventilatie en correct gebruik van CO2-meters vind je terug op de website van het Agentschap Zorg en Gezondheid.
- In de federale FAQ’s is volgende passage opgenomen die uitzonderingen toestaan op het verplicht gebruik van de CO2-meter:
-
In de
besloten gemeenschappelijke ruimten van de overige inrichtingen
behorende tot de sportieve sector, alsook in de besloten ruimten van
de inrichtingen behorende tot de evenementensector, wordt het gebruik
van een luchtkwaliteitsmeter (CO2) vanaf 1 september eveneens
verplicht en dient deze op een voor de bezoeker duidelijk zichtbare
plaats te worden geïnstalleerd. Er geldt een transitieperiode voor het
toezicht op het gebruik van deze meter tot 01/11/2021. De
luchtkwaliteitsmeter moet aanwezig zijn wanneer de activiteit
plaatsvindt. De luchtkwaliteitsrichtnorm is 900 ppm CO2. Boven 900 ppm
dient de uitbater te beschikken over een actieplan om compenserende
luchtkwaliteits- of luchtzuiveringsmaatregelen te verzekeren.
-
Een
uitzondering wordt gemaakt voor sportinrichtingen met een oppervlakte
van minstens 400 m2, een hoogte van minstens 7 meter en met
mechanische ventilatie of buitendeuren en -ramen die kunnen worden
geopend. In deze ruimtes is de CO2-meter niet verplicht, maar wel
aanbevolen. In elk geval zorgen deze inrichtingen dat hun ventilatie
voldoet aan de aanbevelingen voor de praktische implementatie en
bewaking van ventilatie en binnenluchtkwaliteit in het kader van
COVID-19.
- Onder gemeenschappelijke ruimte wordt verstaan plaatsen waar meerdere personen zonder maskers bijeenkomen voor een periode van meer dan 15 minuten:
- In de context van sportfaciliteiten verwijst dit naar de plaatsen waar de sportactiviteiten plaatsvinden en naar de kleedkamers, en niet naar de gangen;
- In de context van gezondheidscentra gaat het om de verzamelplaatsen (activiteiten, catering, wachten, rusten) en niet om de gangen of kamers;
- In de context van evenementeninfrastructuur gaat het om de plaatsen waar de activiteit of activiteiten plaatsvinden, alsook om de catering- en wachtruimten.
- => Als er dus een communicatie is dat kleedkamers niet langer
gebruikt mogen worden dan 15min dan vervalt de verplichting voor de installatie
van een CO2-meter in de kleedkamers.
-
Een
uitzondering wordt gemaakt voor sportinrichtingen met een oppervlakte
van minstens 400 m2, een hoogte van minstens 7 meter en met
mechanische ventilatie of buitendeuren en -ramen die kunnen worden
geopend. In deze ruimtes is de CO2-meter niet verplicht, maar wel
aanbevolen. In elk geval zorgen deze inrichtingen dat hun ventilatie
voldoet aan de aanbevelingen voor de praktische implementatie en
bewaking van ventilatie en binnenluchtkwaliteit in het kader van
COVID-19.
Mondmaskerplicht
Vanaf 1 september is het dragen van het mondmasker niet meer verplicht in publiek toegankelijke ruimtes van ondernemingen, openbare besturen of verenigingen en in de culturele, feestelijke, sportieve, recreatieve en evenementensector voor evenementen en private feesten met minder dan 200 toeschouwers binnen en 400 toeschouwers buiten, tenzij de lokale overheid daar anders over beslist.